Groeten uit Vleermuizenlaand

Meteen maar even een disclaimer, want voor je het weet krijg je als levensgenieter in deze tijden van corona weer de hele moraalgestapo over je heen: er zijn heus ergere dingen dan een jaartje carnaval overslaan. Dus Corona-moralisten, quarantaine-fetisjisten, anderhalvemeter-fanaten, avondklok-zeikers: bespaar me jullie ‘nou-dan-wacht-je-toch-gewoon-een-jaartje’-dedain: carnaval zit voor mij in de onderste laag van de Maslow-pyramide.

Ieder jaar is het weer zover, zo rond begin februari: mensen die je meewarig vragen ‘wat is nou leuk aan carnaval is?’ Alsof je toe hebt gegeven dat je elke avond een stapel kinderporno leest. De ergste types zijn degenen die dan heel jolig een polonaise na gaan doen. Mensen, de laatste polonaise die ik met carnaval zag heb gezien dateert van de tijd van ‘Glaasje Op, Laat je rijden’, zo’n vijftig jaar geleden. Polonaises zie ik op tv nog wel eens op de tribunes bij de Davis Cup en bij wedstrijden van het Nederlands Elftal. In het Zuiden zijn polonaises al lang bij wet verboden.

Een van de meest opvallende dingen aan carnaval is dat het emoties los maakt van mensen die er nog nooit zijn geweest. Elk jaar is er wel weer een tv-programma waar de clichébeelden van carnaval weer voorbijkomen. Verklede mensen die een flink glas ophebben en o, wat vreemd, er dan lullig, dom en belachelijk overkomen. Tv-makers; heeft u uzelf wel eens op een foto gezien na een gezellige stapavond? Ik begrijp het wel: dit zijn de beelden die carnavalshaters graag willen zien. Zo wordt het beeld in stand gehouden van een feest van dronkenlappen met een zachte G, mensen die 361 dagen van jaar niet durven wat ze met carnaval wel durven.

Beste carnavalshaters, gij die nimmer carnaval heeft meegemaakt, gij vindt het misschien raar dat wij, honderdduizenden Brabanders, Limburgers en Hollanders carnaval meer gaan missen dan een zomer zonder festivals, een voetbalseizoen zonder publiek, oudjaarsavond zonder vrienden.

Corona & Carnaval

Ik heb het deze week gehoord: “Mooi dat carnaval niet doorgaat, want eigenlijk was dat feest de schuld van alles. Door al die Brabanders die zo nodig bovenop elkaar in de kroeg lol wilden hebben, zitten we nu met zijn allen met de gebakken peren.” Carnavalsvierders zijn onze nationale vleermuizen.

De carnavalssteden namen al in het najaar hun verantwoording en lastten het feest der feesten al maanden van tevoren officieel af, voor het eerst sinds de watersnoodsramp van 1953 gaat carnaval niet door. Dit weekend barst het volksfeest in Oeteldonk, Kielegat, Lampegat, Kruikenzeikersstad, Mestreech, Rurmonj, Kirchraoj niet los.

We challengen elkaar op social media dan maar om onze outfits van de afgelopen jaren te posten. We draaien thuis, nuchter, in ons eentje lafjes een carnavalsliedje. Of we schenken onszelf een klein Schrobbelèrtje in en zingen het Bredase carnavalslied van enkele jaren geleden zachtjes mee.

Carnaval, dè zit nie in oew pakske

Nie in een gek huutje of in oewen boerenkiel

Carnaval, daor kènde oew nie mee bekleeje

Carnaval, dè zit in oewe ziel.

Lieve carnavalsvierders, tot 26 februari 2022

ik haat carnaval haat carnavalshaters

SCHRIJF JE IN VOOR DE NIEUWSBRIEF VAN KLUUN!